Schoonmaken maakt depressief

BAARN – Een grote voorjaarsschoonmaak in huis geeft doorgaans een goed gevoel. Maar onderzoekers van de Emory University in Atlanta beweren juist dat teveel poetsen de kans op een depressie verhoogt.

Een opmerkelijke constatering, omdat in de moderne wereld juist veel aandacht wordt besteed aan hygiëne, hoofdzakelijk om de overdracht van besmettelijke ziekten tegen te gaan.

Maar volgens de Amerikaanse onderzoekers is een steriele omgeving helemaal niet zo gezond als gedacht.

Schoonmaakwoede
In recente onderzoeken werd onze schoonmaakwoede al in verband gebracht met een toename van het aantal mensen met astma en allergieën. De onderzoekers wijten dit aan een verlies van gezonde bacteriën.

Door bacteriën en virussen uit ons huis te bannen, is onsimmuunsysteem zwakker geworden. En dit heeft weer invloed op het functioneren van de hersenen.

Depressie
De onderzoekers beweren dat we nergens meer aan gewend zijn, waardoor de aanmaak van bepaalde chemicaliën – waaronder het ‘gelukshormoon’ serotonine – vertraagd wordt. Met als gevolg een depressie.

“Het is dus het afweersysteem dat de depressie veroorzaakt,” legt Andrew Miller, één van de onderzoekers uit. “Wanneer mensen zich ontwikkelen en opgroeien, ontwikkelt ook het immuunsysteem zich. Wanneer we regelmatig worden blootgesteld aan bacteriën en virussen, zijn we beter in staat besmetting te voorkomen.”

Herseneffecten
Aan het onderzoek deden 27 patiënten met hepatitis C mee. Zij kregen voor hun ziekte een medicijn toegediend dat dezelfde herseneffecten geeft als een streng schoonmaakregime.

Door bestudering van de hersenen bleek dat in beide gevallen de aanmaak van serotonine vertraagd wordt. Laat dus gerust de afwas een keertje staan en vergeet de stofnesten onder het bed. Het maakt juist gezond!

[Bron: gezondheidsnet 26-04-2011]